Geschiedenis

Hoogstudentenclub Moeder Oilsjterse

De Gentse afdeling van Moeder Oilsjterse (MOG) werd op 13 december 1990 opgericht in Taverne Tiepken, Waarschootstraat te Gent, door Michel "Koltoe" Van Houdt, Bruno "Zjeloi" De Lathauwer en Reinout "Herpie" Maus. De Leuvense afdeling van Moeder Oilsjterse (MOL) werd in oktober 1993 opgericht in Café Confrater, Grote Markt te Leuven, met als eerste senior Bruno "Zjeloi" De Lathauwer. Beide afdelingen hebben elk een eigen, evenwaardig bestuur, of praesidium, dat jaarlijks herkozen wordt.

Daar de Gentse en Leuvense afdelingen samen één club vormen, wordt als oprichtingsjaar 1990 aangenomen. De afdelingen Gent en Leuven vierden elk hun eerste lustrum afzonderlijk. Dat gebeurde in Gent in 1994/95 en in Leuven in 1997/98. De club in haar geheel vierde evenwel haar eerste lustrum samen met Moeder Oilsjterse Gent. De Gentse afdeling werd uitgenodigd op minimum 2 activiteiten tijdens de Leuvense lustrumweek. In 2000 werd van een aparte Leuvense lustrumviering afgestapt. Ook werd een einde gesteld aan de discussie of een tweede lustrumviering nu in het tiende werkjaar moet gevierd worden, dan wel op het moment dat de club effectief 10 jaar wordt (in het elfde werkjaar). Er werd gekozen voor het tweede geval. Zo kunnen lustrumviering en lustrumbal voortaan in dezelfde periode van een zelfde jaar gehouden worden, nl. rond december 2000, december 2005, 2010,... Het tweede lustrum werd aldus gevierd met een academische zitting in het Aalsterse stadhuis in december 2000. Hierop waren zowel MOL, MOG, als de oud-ledenvereniging van Moeder Oilsjterse (OLMO) aanwezig. Dit jaar zijn we toe aan ons vijfde lustrum waarop dan ook het vijfentwintig jarig bestaan van de club uitermate in de verf gaat gezet gaat worden.

Op 23 april 1998 werd MOL officieel aanvaard in het Leuvens Seniorenkonvent. Dit lijkt een formaliteit, maar is allesbehalve vanzelfsprekend. De statuten van dit konvent aanvaarden slechts een toetreding door een nieuwe club op basis van strenge voorwaarden: streekgebondenheid in een nog niet in het konvent vertegenwoordigde streek, ¾ + 1 van de bestaande clubs dienen op de stemming aanwezig te zijn en ¾ + 1 dient daarenboven nog vóór toetreding te stemmen. Er werden in totaal 24 geldige stemmen uitgebracht. Bij de telling kwam men op een bepaald moment aan 18 stemmen vóór en 3 tegen. De 3 stemmen van laatkomers (die niet echt MOL-sympathieën vertoonden) moesten nog bekendgemaakt worden: de eerste en de tweede resterende stem waren alvast een tegenstem. De laatste stem was dus allesbeslissend. Op dat ogenblik vroeg de Senior Seniorum aan onze senior om “De Gilde viert” in te zetten. Die deed dat dan ook met trillende stem. Na het lied volgde de bekendmaking van de laatste stem: vóór. En zo geschiedde…

Doelstellingen

Moeder Oilsjterse stelt zich tot doel om Aalsterse studenten te Leuven en Gent te verenigen en om onder hen hechte vriendschapsbanden te smeden of deze te onderhouden. Dankzij haar Aalsterse regionaal karakter kan Moeder Oilsjterse ertoe bijdragen dat afgestudeerd zijn niet betekent dat men zijn clubvrienden niet terugziet. Moeder Oilsjterse stelt zich niet enkel tot doel om de vrienschappen binnen de aalsterse club aan te halen maar ook om via regelmatige contacten met bevriende clubs, externe vriendschapsbanden te onderhouden.

Op deze manier wil ze te Leuven en Gent een soort Aalsterse ambassadeursfunctie vervullen. De commilitones en schachten van de club krijgen dus de opdracht om hun "Oilsjteneer-zijn" op een spirituele, typisch Aalsterse maar vooral respectabele manier uit te dragen.

De leden van Moeder Oilsjterse zullen alles in het werk stellen om ook aan de activiteiten van de Oost-Vlaamse Gilde en het Seniorenkonvent (S.K.) mee te doen en eventueel eraan mee te werken. Zo zal de senior of de vice-senior steeds aanwezig zijn op de bijeenkomsten van het S.K.

Clubsymbolen

De clubkleuren van Moeder Oilsjterse zijn GEEL-WIT-ROOD, naar de kleuren van de stad Aalst. Geel is de hoofdkleur, d.w.z. dat de binnenkant van het lint en de bovenkant van de pet geel zijn.

In het clubschild bevindt zich linksonder de Vlaamse Leeuw, linksboven de Aalsterse "Voil Janet" en rechts het monogram, op een geel-wit-rode achtergrond. Linker- en rechterhelft worden gescheiden door het zwaard uit het Aalsterse stadsschild.